Boer Boris en de dino
Details
Genre
Gedichten
Onderwerp
Tellen
Extra onderwerp
GED,
Voorleesverhalen,
Gedichten ; kleuters,
Voorleesboeken,
Poëziebundels,
poëzie,
Gedichten (jeugd verhalend),
Tellen (jeugd verhalend),
Poëzie (jeugd verhalend),
tellen,
Gedichten ; kleuters ; verhalen,
Gedichten (jeugd),
Tellen (jeugd),
Spinnen (dieren) (jeugd verhalend),
Genre Gedichten,
prentenboeken,
cijfers,
getallen,
Tellen ; gedichten
Minder
Titel
Spin op sokken
Auteur
Ted van Lieshout
Illustrator
Sieb Posthuma
Taal
Nederlands
Uitgever
Amsterdam: Leopold, 2008
[28] p. : ill.
[28] p. : ill.
ISBN
9789025852115
Besprekingen
Leeswelp
Zestien absurde gedichten serveert Ted van Lieshout ons in deze bundel, in een bijzonder smakelijke…
Zestien absurde gedichten serveert Ted van Lieshout ons in deze bundel, in een bijzonder smakelijke verpakking, verzorgd door Sieb Posthuma. Er gebeuren gekke dingen met dieren, fruit, knuffels en cijfers. Cijfers vormen trouwens een andere rode draad doorheen deze bundel: in bijna alle gedichten komen cijfers of een cijfermatig gegeven voor. Posthuma haalt die cijfers helemaal naar voren, niet alleen door de juiste aantallen van dieren en dergelijke te tekenen, maar ook door cijfers te verwerken in de lichamen en kledij van de personages. Zo krijgen we lakeien met een cijfer als buik, een jongetje met cijfers in zijn gezicht, stijfdeftige heren met cijfers op hun hoedje. In de schutbladen komen nog leuke dingetjes: cijfers als mensjes, in alle vormen en kleuren. Posthuma is op zijn sterkst als hij zijn kronkelige personages en voorwerpen in reeksen mag tekenen, en dat kan hij hier ten volle uit.
Grappige tekeningen dus, voor overwegend grappige gedichten. Sommige gedichten bestaan trouwens uit niet meer dan een grap: een spin op sokken die 'gewoon' boe roept of cijfers als lettergrepen ("1 2tal 3lingen 4t 5en6tig tot 7tig n8en feest... met 9 10ers die 11 zijn geweest"). Andere, sterke gedichten vertrekken van vertrouwde genres in de komische kinderpoëzie: een leuk aftelrijm in een gedichten over stoute kinderpoppen; een gedicht over olifantenjam dat sterk aan Annie M. G. Schmidt doet denken; een knappe, tegensprekelijke dialoog tussen een jongen en zijn opa over een zeepaardje; een bakerrijm over de westenwind. Van Lieshout brengt sterk geritmeerde teksten, maar ontsiert enkele gedichten toch wel met een overbodig, flauw coda. Het mooiste gedicht in deze bundel is dat over een kind dat er tegengestelde ideeën op na houdt over haar knuffelbeer. Het is een gedicht vol elkaar tegensprekende stemmen, dat perfect de complexe, veranderlijke gevoelswereld van kinderen oproept:
Mijn beer is dood, mijn beer is dood
Ik wou de eendjes voeren.
Mijn beer ging mee en wilde brood.
Hij is gesprongen in de sloot.
Ik ben voor beren veel te groot.
Mijn beer is dood, mijn beer is dood!
Er kwamen dertien eenden aan.
Die hebben hem toen kwaad gedaan.
Welnee, er was gesnater
Van eendjes in het water.
Ze kwekten en kwaakten wat
En hebben om zich heen gespat.
En beer, die werd een beetje nat.
We drogen hem en dat is dat.
Mijn beer is stout, mijn beer is stout.
Ik ga hem morgen temmen.
Dan voeren we de eendjes weer
En kan hij leren zwemmen. [Chris Bulcaen]
Grappige tekeningen dus, voor overwegend grappige gedichten. Sommige gedichten bestaan trouwens uit niet meer dan een grap: een spin op sokken die 'gewoon' boe roept of cijfers als lettergrepen ("1 2tal 3lingen 4t 5en6tig tot 7tig n8en feest... met 9 10ers die 11 zijn geweest"). Andere, sterke gedichten vertrekken van vertrouwde genres in de komische kinderpoëzie: een leuk aftelrijm in een gedichten over stoute kinderpoppen; een gedicht over olifantenjam dat sterk aan Annie M. G. Schmidt doet denken; een knappe, tegensprekelijke dialoog tussen een jongen en zijn opa over een zeepaardje; een bakerrijm over de westenwind. Van Lieshout brengt sterk geritmeerde teksten, maar ontsiert enkele gedichten toch wel met een overbodig, flauw coda. Het mooiste gedicht in deze bundel is dat over een kind dat er tegengestelde ideeën op na houdt over haar knuffelbeer. Het is een gedicht vol elkaar tegensprekende stemmen, dat perfect de complexe, veranderlijke gevoelswereld van kinderen oproept:
Mijn beer is dood, mijn beer is dood
Ik wou de eendjes voeren.
Mijn beer ging mee en wilde brood.
Hij is gesprongen in de sloot.
Ik ben voor beren veel te groot.
Mijn beer is dood, mijn beer is dood!
Er kwamen dertien eenden aan.
Die hebben hem toen kwaad gedaan.
Welnee, er was gesnater
Van eendjes in het water.
Ze kwekten en kwaakten wat
En hebben om zich heen gespat.
En beer, die werd een beetje nat.
We drogen hem en dat is dat.
Mijn beer is stout, mijn beer is stout.
Ik ga hem morgen temmen.
Dan voeren we de eendjes weer
En kan hij leren zwemmen. [Chris Bulcaen]
NBD Biblion
Martijn Nicolaas
De kinderboekenauteur die bekend is van onder andere zijn 'Papieren Museums', en de illustrator van…
De kinderboekenauteur die bekend is van onder andere zijn 'Papieren Museums', en de illustrator van bijvoorbeeld 'Rintje' sloegen de handen ineen en maakten een sprankelend prentenboek vol gedichten en kleurrijke illustraties waarin cijfers en tellen centraal staan. Dit deden ze eerder over het alfabet in 'Van ansjovis tot zwijntje'*. De vrolijke kindergedichten hebben in hun gekte, alliteratie, herhaling en onverwachte woordkeuze wel wat weg van de rijmpjes van Annie M.G. Schmidt en de illustraties doen in gekte niet onder voor de gedichten. Op de over twee pagina's verdeelde aquarellen zijn veel komische dieren, sprookjesfiguren en mensen in de vorm van cijfers afgebeeld. De samenwerking heeft een prachtig fantasievol boek opgeleverd, dat uitnodigt om steeds weer (voor) te lezen en te bekijken omdat er zowel in de woorden als in de illustraties veel te beleven en te zien valt. Vierkant formaat met op de schutbladen als vogeltjes aangeklede cijfers in alle kleuren van de regenboog. Vanaf ca. 4 t/m 7 jaar.
Pluizer
Spin op sokken
Nanna Cornelis - 22 januari 2015
Spin op sokken' is een verzameling van absurde, poëtische rijmpjes. Ritme en rijm kloppen meestal,…
Spin op sokken' is een verzameling van absurde, poëtische rijmpjes. Ritme en rijm kloppen meestal, de inhoud is zeer verscheiden. Toch sluiten de inhouden goed aan bij de beleving van het jonge kind en zullen ze zeker herkenbaar overkomen. Getallen spelen meestal een grote rol. Eén gedichtje wijkt af van het vaste rijmstramien. Het betreft een gesprekje tussen opa en kleinkind over doodgaan. Dat is tijdloos mooi! Wat dit boek echter uniek maakt, is de wijze waarop Sieb Posthuma de gedichten heeft geïllustreerd. Wat hij op papier tovert met pen en aquarel, is werkelijk de poëzie van het penseel. De gedichten krijgen dankzij hem een extra dimensie!