Daisy-online

Vrienden van de poëzie

Vrienden van de poëzie
×
Vrienden van de poëzie Vrienden van de poëzie
Daisy-online

Vrienden van de poëzie

Nederlands
2021
Volwassenen
Speelduur: 4:57
"Vrienden van de poëzie" volgt vier mensen die op een dag per mail worden uitgenodigd het isolement te doorbreken met het rondsturen van gedichten. Het zal de verloren wereld herstellen, zo wordt beloofd, het zal de mensen weer dichter bij elkaar brengen.
Daisy-boeknummer 30281
Titel Vrienden van de poëzie
Taal Nederlands
Distributeur Brussel: Luisterpunt, 2021
1 cd
Speelduur 4:56
Oorspr. uitgever De Arbeiderspers
Aantekening Vlaamse stem
Stem: Man

De Morgen

Mentaal soelaas in bange tijden
Dirk Leyman - 18 december 2021

Langzaam beginnen ze op te flitsen in de literatuur: de lockdownboeken en coronaromans, naast talloze schrijversessays die op de gevolgen van de pandemie reflecteren. Zadie Smith en Alessandro Baricco deden al hun duit in het zakje en in onze contreien was er de (nogal afgehaspelde) roman Quarantaine van Wim Daniëls of de geslaagde Coronakronieken van Daan Heerma van Voss. Maar heel wat auteurs branden liever (nog) niet de vingers aan de zich voltrekkende actualiteit.

Niet zo Guido van Heulendonk, die zich met Vrienden van de poëzie vol in de pandemie werpt en er literair toch munt uit weet te slaan. De voormalige Gouden Uilwinnaar, ook wel eens bevorderd tot de Vlaamse 'Graham Swift', blijft consistente kwaliteit afleveren, waarin zijn ironie en welgemikte sarcasme prettig gedijen. Ook in deze verhalenketting, geïnspireerd door het Short Cuts-procedé van regisseur Robert Altman, toont hij zich een schalks en soms grimmig - maar ook gevoelig - commentator van de tijdgeest.

Vrienden van de poëzie bestaat uit vier gestaag opgebouwde, in elkaar klikkende verhalen. Van Heulendonk jongleert met het idee van troostverzen die tijdens de eerste coronacrisis volop circuleerden. Vier personages krijgen onverhoeds een gedicht in hun mailbox met het verzoek het naar gelijkgestemden door te sturen. Mentaal soelaas in bange tijden.

Zo is er een oudere, door tandpijn geplaagde ex-bankbediende die al 'te vaak de andere kant had op gekeken' en nu geïntrigeerd raakt door de mail van een ex-collega. Of er is de alleenstaande Leda die in de coronacrisis toch groepsmailpoëzie vol 'verfijning, rust en troost' van haar ex krijgt. Valt er een signaal in te lezen? Of er is de minister die een coronacrisis moet bestieren maar toch in het nauw raakt door zijn wat onbesuisde mailgedrag. En er is dat kluitje Belgen dat in Nieuw-Zeeland door de pandemie gegijzeld is, met zelfs een bijrol voor presidente Ardern. Maar ook poëzie kan muteren, zo blijkt, én effect sorteren: helaas niet altijd het gewenste.

Van Heulendonk toont opnieuw zijn compositorische bedrevenheid en zorgt voor ondergrondse tunnelgangen en geheime toegangspoortjes die de verhalen fijntjes met elkaar verbinden. Vooral weet hij de binnensluipende tragiek bijtijds te dempen en zelfs een prettige twist mee te geven. Het mag op licht vrolijke wijze wringen tussen mannen en vrouwen én ook de politieke stand wordt in zijn hemd gezet.

Bij Van Heulendonk wemelt het van de trefzekere formuleringen, zoals over de corona-updates: 'de dagelijkse cijfersstroom, de funeraire roffel der statistieken'. En: 'Ook dat was bijgesteld in de nieuwe wereld: dat het de gemaskerden waren waarvoor we bang dienden te zijn.' Hij omschrijft de pandemie prikkelend paradoxaal als 'door niemand gewild maar door allen veroorzaakt'. Regelmatig krijg je de neiging potloodstreepjes te zetten, om weer zo'n treffend fragment veilig te stellen.

Van Heulendonk schreef met Vrienden van de poëzie een schrander, gedurfd en toch innemend boek, dat tussen neus en lippen veel denkstof opwerpt over 'de huidige tijd, het vreselijke nu'.

De Standaard

Poëzie voor de Homo lacrimans
John Vervoort - 31 december 2021

Poëzie en corona, het is geen evidente combinatie maar in de vier lange verhalen die Guido van Heulendonk in Vrienden van de poëzie verzamelde, zijn die op een geraffineerde manier met elkaar verbonden. Het eerste verhaal, 'Trisha', begint haast als een parabel: 'Het was in die donkere dagen dat mensen elkaar ­gedichten begonnen te sturen'. Een vereenzaamde man met een zeurende kies krijgt een kettingmail waarin een oud-collega hem een gedicht opstuurt als troost in deze onzekere tijden. Het gedicht, van de ­onbekende Australische dichter Gwen Harwood, is niet meteen troostend, want daarin wordt een meisje door haar vader verplicht om een uil die ze verwondde met een geweer af te maken. 'Finish what you started.' Harwood (1920-1995), die ook ik niet kende, was down under een geliefde schrijver die ooit een rel veroorzaakte toen ze in een gedicht het acrostichon 'Fuck all editors' verwerkte omdat haar gedichten initieel zo vaak geweigerd werden. De oude man is vooral geïntrigeerd door de ex-collega die hem het gedicht opstuurde. Misschien verbergt het wel een geheime boodschap.

Ook in de andere verhalen zorgen opgestuurde gedichten voor verwarring. In 'Leda' krijgt een gescheiden vrouw met een druilerig kind van haar ex-man een gedicht van W.B. Yeats opgestuurd waarin Leda door Zeus in de gedaante van een zwaan wordt verkracht. 'Was deze Leda de uitdrukking van een verborgen wens?' In 'Madonna' speelt een gedicht van Hendrik Marsman een belangrijke rol. Als scholier schreef een minister die nu mee aan de tafel zit om moeilijke coronaknopen door te hakken er ooit een parodie op waarin hij zijn leraar Nederlands belachelijk maakte. Hij krijgt zijn eigen flauwe rijmelarij van destijds opgestuurd en is bang dat zijn dichtkunst tegen hem gebruikt zal worden. In het prachtige laatste verhaal 'Belladonna', dat zich afspeelt in Nieuw-Zeeland, slaagt Van Heulendonk erin om de Eerste Wereldoorlog, Woodstock en Hugo Claus met elkaar te verbinden.

Vrienden van de poëzie bewijst opnieuw waarom Guido van Heulendonk een van onze fijnzinnigste ­auteurs is. Hij kan in enkele treffende zinnen een personage tot leven wekken en vertelt met oneindige barmhartigheid over de blutsen en builen die ze hebben opgelopen. Hij is een scherp observator, een begenadigd stilist en een schrijver die de melancholie durft toe te laten zonder klef te worden. Hij schrijft niet navelstaarderig of cynisch maar laat hen met open vizier en soms gelaten naar zichzelf, hun relaties en naar de complexe wereld kijken waarvan ze nu helemaal afgesloten dreigen te worden. Zo mijmert een van de personages dat de Homo sapiens nu vooral een Homo ­lacrimans is geworden, een huilende mens die misschien wel ouder is dan alle andere mensenrassen. Vrienden van de poëzie gaat vooral over de zoektocht naar verbinding en zingeving.

Arbeiderspers, 17,50 € (e-boek 11,99 €).

NBD Biblion

H. Marzak
Tijdens de eerste coronagolf in 2020 krijgen vier mensen een gedicht in hun mailbox als onderdeel van een kettingbrief die bedoeld is om mensen te verbinden en een hart onder de riem te steken. Dat de kracht van poëzie ook onbedoeld heel andere emoties kan ontketenen, is iets waar geen rekening mee gehouden is. In het eerste verhaal, dat veruit het beste is, kijkt een man terug op de relatie met een collega, die hij helemaal verkeerd ingeschat blijkt te hebben. In het tweede verhaal moet een gescheiden vrouw in het reine zien te komen met het feit dat haar ex-echtgenoot een nieuwe geliefde heeft. In het derde verhaal wordt een man geconfronteerd met de gevolgen van zijn pesterijen tegen een leraar op de middelbare school en het laatste verhaal gaat over de rivaliteit tussen twee broers van wie de een wegens corona bij de ander in Australië moet verblijven. Goed geschreven, filosofische verhalen met verschillende diepere lagen en scherp inzicht in menselijke relaties, waarbij de gedichten en de boeiende analyse daarvan een grote rol spelen. Een aanrader. Veertiende roman van Vlaamse auteur (1951).